Overslaan en naar de inhoud gaan

Wat betekenen de 12 elementen in het DID Model?

Het DID model wordt gevormd door 12 elementen: vier sturingsconcepten, vier perspectieven en vier domeinen.

Binnen het framework worden vier primaire domeinen geïdentificeerd voor het besturen, ontwikkelen en exploiteren van effectieve en efficiënte informatiediensten: Governance, Strategie, Verbetering en Operatie. De vier domeinen zijn de aandachtsgebieden voor Business Informatiemanagement. De activiteiten binnen de domeinen worden gestuurd vanuit de sturingsconcepten (Behoefte, Waarde, Missie en Vermogen). Door de perspectieven (Business, Data, Service en Technologie) wordt in elk domein bewaakt dat de aandacht en samenhang tussen beleid en uitvoering en de relatie tussen IT en Business in balans blijft.

    Sturingsconcepten
  • ‘Behoefte’ is een directe weerspiegeling van de motivatie van de organisatie en
  • ‘Waarde’ heeft betrekking op het (werkelijke of gepercipieerde) voordeel dat voortvloeit uit het hebben van de informatiedienst. ‘Behoefte’ en ‘Waarde’ hebben direct invloed op elkaar. Immers, als iets geen waarde heeft, waarom zou het dan nodig zijn?
  • Het sturingsconcept ‘Vermogen’ (Capability) helpt de omvang en aard van de middelen (tijd, geld, business en IT-mensen ...), te bepalen, nodig om de ‘Missie’ te realiseren. ‘Missie’ en ‘Vermogen’ hebben een directe relatie omdat Vermogen aanwezig moet zijn om succes te kunnen hebben, zodat de kerntaak van een organisatie wordt vervuld. Als een Vermogen niet nodig is, heeft het geen waarde in relatie tot het bereiken van de missie van de organisatie.
  • Missie: de ‘Missie’ moet zich richten op de uitkomsten voor de business (voordelen, outcome), zodat de essentiële benodigde omvang en aard van middelen (dus de capabilities of in het Nederlands: vermogen) kunnen worden geïdentificeerd en geïmplementeerd om aan de informatie-eisen te voldoen.
    De Domeinen
  • ‘Governance’ binnen DID is het organisatorische vermogen van het bestuur, het strategisch management en IT-management om de definitie, implementatie en het beheer van informatiediensten te controleren en op deze wijze de noodzakelijk alliantie van business en IT te waarborgen.
  • Het doel in het ‘Strategie’-domein is om ontwikkelingen op de langere termijn binnen de organisatie en de bijbehorende business services uit te werken, zodat de business services op de juiste manier worden versterkt door informatiediensten. Dit gebeurt door het vertalen van de ontwikkelingen die een rol spelen in de bedrijfsprocessen, de organisatie, de doelen en het beleid met betrekking tot de gevolgen voor het ontwerp van de informatie-service en -levering.
  • Het doel van het domein ‘Verbetering’ is om de business-dienstverlening te verbeteren of de kosten van business-diensten te verlagen door betere informatiediensten aan te bieden.
  • Het domein ‘Operatie’ wordt vaak ‘het dagelijkse verwerkingsdomein’ genoemd omdat het rechtstreeks verband houdt met functionerende (of vaak niet-functionerende ...) informatiediensten.
    Perspectieven
  • ‘Business’-perspectief: aandacht wordt gevestigd op de business processen van de organisatie. In Governance en Strategie gaat het over bestuur en richting geven en binnen Verbetering en Operatie gaat het monitoren en rapporteren over voortgang, voldoen aan de eisen, kwaliteit van de oplossingen en gebruikerstevredenheid.
  • ‘Data’-perspectief richt de aandacht op de eisen en specificatie en informatie zoals gedefinieerd door de organisatie (Governance en Strategie) en de kwaliteit van data en informatie zoals die door de organisatie wordt gebruikt (Operatie en Verbetering).
  • ‘Service’-perspectief vraagt aandacht voor de ontwikkeling of acquisitie van nieuwe of verbeterde services. Informatie services functioneren binnen de kaders van beleid en strategische doelstellingen. Binnen het domein Operatie moeten de services ‘fit for purpose’ zijn en voldoen aan de minimale kwaliteit. Daartoe wordt binnen Verbetering services getest en geïmplementeerd.
  • Het ‘Technologie’-perspectief omvat technologische innovatie en nieuwe manieren om diensten te leveren, wat de rol van IT natuurlijk steeds centraler maakt. Het perspectief van technologie domineert in de domein ‘Governance’ en ‘Strategie’, omdat als eenmaal een besluit is genomen over de technologie, de domeinen ‘Verbetering’ en ‘Operatie’ uitsluitend kunnen werken met wat is besloten en gekozen.
  • 64 onderwerpen

    Door de managementdomeinen af te zetten tegen de vier perspectieven ontstaat een matrix van 16 thema’s. Elk thema kan vervolgens worden beschreven aan de hand van vier onderwerpen. Dus in totaal 64 onderwerpen. Hier kun je het overzicht downloaden

    64 onderwerpen van business informatie management op het DID model

    Integraal beoordelen van informatievraagstukken

    Deze 64 onderwerpen hangen met elkaar samen, zowel horizontaal als verticaal. Immers, je kunt wel Privacy beleid opstellen (business governance) maar als hier in het onderliggende gebruik van data, technologie en diensten geen rekening mee wordt gehouden dan is het beleid een dode letter. Ook horizontaal geldt dat, het beleid op privacy en de gevolgen daarvan wellicht moeten worden vertaald in een cybersecurity plan, middelen moeten beschikbaar worden gesteld en maatregelen geïmplementeerd in de operatie.

    Kortom DID helpt om informatiemanagement vraagstukken integraal te bekijken vanuit het perspectief van de gebruiker en business in samenhang met beleid, strategie, implementatie en uitvoering.